Statuten en reglementen

Onze statuten

Statuten van de vereniging 'Beroepsvereniging Onafhankelijke Onderzoekers', vastgesteld door de Algemene Ledenvergadering op 6 april 2022 in Amstelveen

Art. 1

De vereniging draagt de naam '. 'Beroepsvereniging Onafhankelijke Onderzoekers'. Zij heeft haar zetel in de gemeente Voorschoten. De verkorte naam is: ‘Onafhankelijke Onderzoekers’.

 Doel 

 Art. 2

1 De vereniging heeft ten doel het bevorderen van de integriteit, kwaliteit en onafhankelijkheid van onderzoekers en onderzoek in de breedste zin van het woord. Zij doet dit door het dienen van de beroepsbelangen van de leden, het ontwikkelen en bevorderen van de kennis en de deskundigheid op het gebied van integriteitsonderzoek en het stimuleren van alles wat rechtstreeks of zijdelings verband houdt of bevorderlijk kan zijn voor het vakgebied. De vereniging kenmerkt zich door zes waarden voor onafhankelijk onderzoek, te weten: onafhankelijkheid, zorgvuldigheid, verantwoordelijkheid, transparantie, rechtmatigheid en professionaliteit. Zij conformeert zich aan de Nederlandse gedragscode wetenschappelijke integriteit zoals opgesteld door de Koninklijke Academie voor Wetenschappen c.s.  en de Europese gedragscode voor wetenschappelijke integriteit van de European Federation of Academies of Sciences and Humanities (ALLEA).

2 De vereniging tracht dit doel te bereiken door:

  1. het bevorderen van de integriteit en vakbekwaamheid van onderzoek;
  2. het borgen van integriteit, kwaliteit en deskundigheid ten behoeve van opdrachtgevers van de leden, onder meer door de mogelijkheid tot aansluiting bij modelvoorwaarden, onafhankelijke klachtbehandeling en advies aan derden;
  3. het bevorderen van opleiding, intervisie, reflectie en zelfontwikkeling;
  4. leden te informeren en te adviseren over ontwikkelingen op het vakgebied en bij te dragen aan professionalisering;
  5. op te treden als belangenbehartiger van de beroepsgroep;
  6. het organiseren van bijeenkomsten in de breedste zin van het woord;
  7. het bieden van mogelijkheden tot onderlinge samenwerking;
  8. het bevorderen van het ontwikkelen van onderzoeksinstrumenten;
  9. het bevorderen van de integriteit en kwaliteit van het vakgebied, waaronder te begrijpen lobby-activiteiten ten behoeve hiervan, waaronder wetgeving en beleid;
  10. het leggen en onderhouden van contacten en samenwerken met verwante verenigingen, stichtingen instanties en opleidings- en onderzoekinstituten in binnen- en buitenland;
  11. het in rechte optreden voor zover van belang voor de vereniging dan wel de verwezenlijking van haar doelstelling;
  12. het verrichten van die activiteiten en het aanwenden van alle wettige middelen die voor het bereiken van het gestelde doel nuttig of nodig worden geacht.

Verenigingsjaar 

 Art. 3

Het verenigingsjaar valt samen met het kalenderjaar, behoudens dat het eerste verenigingsjaar eindigt per ultimo december van het jaar waarin de vereniging is opgericht.

 Lidmaatschap

Art. 4

De vereniging kent gewone leden, aspirantleden en expertleden. Waar in deze statuten wordt gesproken van leden of lid wordt/worden daaronder verstaan zowel de gewone leden als de aspirant- en expertleden tenzij het tegendeel blijkt.

Art. 5

1 Als gewoon lid of aspirantlid kan men worden toegelaten nadat men schriftelijk een verzoek dienaangaande bij het bestuur heeft ingediend en men heeft verklaard het statutaire doel en de waarden voor onafhankelijk onderzoek te onderschrijven. Het bestuur beslist over de toelating aan de hand van het bepaalde in het huishoudelijk reglement. Bij niet-toelating door het bestuur kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten.

2 Leden verplichten zich tot het naleven van de statutaire doelstelling, de daarin genoemde waarden en gedragscodes.

3 Expertleden worden op voorstel van het bestuur door de algemene vergadering benoemd op basis van hun bijzondere expertise of verdienste.

4 Het lidmaatschap is persoonlijk en mitsdien niet overdraagbaar noch vatbaar om door erfopvolging te worden verkregen.

 Art. 6

Het bestuur is bevoegd een lid te schorsen voor een periode van ten hoogste drie maanden, in geval het lid bij herhaling in strijd handelt met zijn lidmaatschapsverplichtingen of door handelingen of gedragingen het belang van de vereniging in ernstige mate heeft geschaad. Gedurende de periode dat een lid is geschorst, kunnen de aan het lidmaatschap verbonden rechten niet worden uitgeoefend terwijl de lidmaatschapsverplichtingen in stand blijven.

Art. 7

1 Het lidmaatschap eindigt:

a door overlijden van het lid. Is een rechtspersoon lid van de vereniging, dan eindigt zijn lidmaatschap wanneer hij ophoudt te bestaan;

b door opzegging door het lid;

c door opzegging door de vereniging;

d door ontzetting.

2

a Opzegging van het lidmaatschap door het lid kan slechts geschieden tegen het einde van een verenigingsjaar, met inachtneming van een opzegtermijn van vier weken. Zij geschiedt schriftelijk. De secretaris is verplicht de ontvangst binnen acht dagen schriftelijk te bevestigen. Als de opzegging niet tijdig of niet schriftelijk heeft plaatsgehad, loopt het lidmaatschap door tot het einde van het eerstvolgende kalenderjaar tenzij het bestuur anders besluit.

b Het lidmaatschap eindigt na opzegging echter met onmiddellijke ingang:

- als van het lid redelijkerwijs niet kan worden gevergd dat het lidmaatschap voortduurt;

- nadat een besluit aan het lid bekend is geworden of medegedeeld waarbij de rechten van de leden zijn beperkt of hun verplichtingen zijn verzwaard, tenzij het betreft een wijziging van geldelijke rechten en verplichtingen;

 - nadat het lid een besluit ter kennis is gebracht of gekomen tot omzetting van de vereniging in een andere rechtsform, tot fusie of splitsing.

3

a Opzegging van het lidmaatschap door de vereniging kan tegen het einde van een kalenderjaar geschieden door het bestuur met inachtneming van een opzegtermijn van vier weken. De opzegging geschiedt schriftelijk en met opgave van redenen. Het aan het slot van lid 2.a bepaalde is van overeenkomstige toepassing.

b Opzegging door de vereniging kan geschieden met onmiddellijke ingang:

- als het lid bij herhaling zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt;

- als het lid heeft opgehouden te voldoen aan de vereisten die door de statuten voor het lidmaatschap worden gesteld;

- als redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden dat het lidmaatschap voortduurt.

4 Ontzetting uit het lidmaatschap kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid bij herhaling in strijd handelt of heeft gehandeld met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging alsmede als het lid de vereniging op onredelijke wijze benadeelt of heeft benadeeld. De ontzetting geschiedt door het bestuur dat de betrokken persoon onverwijld van het besluit schriftelijk, onder opgave van redenen, in kennis stelt.

5 De betrokken persoon kan binnen een maand na ontvangst van de kennisgeving tegen het besluit tot opzegging van of ontzetting uit het lidmaatschap in beroep gaan bij de algemene vergadering. Het besluit van de algemene vergadering tot bevestiging van de opzegging of ontzetting kan slechts worden genomen met een meerderheid van twee derden van het aantal geldig uitgebrachte stemmen.

6 Als het lidmaatschap in de loop van een verenigingsjaar eindigt, ongeacht krachtens welke oorzaak, blijft de bijdrage die over het desbetreffende jaar verschuldigd was of zou zijn, volledig verschuldigd, tenzij het bestuur anders besluit.

 Geldmiddelen 

Art. 8

1 De geldmiddelen van de vereniging kunnen onder meer bestaan uit de contributies van de gewone en de begunstigende leden, uit entreegelden, uit eventuele verkrijgingen ingevolge erfstellingen, legaten en schenkingen en tenslotte uit eventuele andere toevallige baten.

2 Ieder gewoon lid en ieder aspirantlid betaalt een contributie, waarvan het bedrag jaarlijks door de algemene vergadering tijdens de jaarvergadering wordt vastgesteld.

3 Nieuwe gewone leden en aspirantleden kunnen verplicht zijn tot betaling van een entreegeld (of: een entreegeld, waarvan het bedrag wordt vastgesteld door de algemene vergadering).

 Bestuur en vertegenwoordiging

 Art. 9

1 Het Bestuur wordt door de Algemene Vergadering uit de leden benoemd.

2 Bestuursleden stellen zich op basis van een door de Algemene Vergadering vastgesteld bestuurdersprofiel kandidaat. Daarbij worden de bestaande belangen, functies en nevenfuncties van de kandidaat vermeld.

3 In zijn eerste bestuursvergadering na een benoeming van één of meerdere bestuursleden dan wel ingeval van een andere wijziging in de samenstelling van het Bestuur, verdeelt het Bestuur in onderling overleg de functies en stelt het Bestuur de taken van de bestuursleden vast en doet hiervan mededeling aan alle leden.

4 Het Bestuur geeft jaarlijks aan de Algemene Vergadering een overzicht van relevante nevenfuncties van de individuele bestuursleden.

5 Ieder bestuurslid is tegenover de Vereniging gehouden tot een behoorlijke vervulling van de hem opgedragen taak. Bestuursleden zijn verplicht zich daarbij te richten naar het belang van de vereniging.

6 Ieder bestuurslid wordt benoemd voor een periode van drie jaar en treedt af volgens een door het Bestuur op te maken rooster. Aftredende bestuursleden zijn terstond voor ten hoogste een  maal herbenoembaar. Wie in een tussentijdse vacature is benoemd, neemt op het rooster de plaats van zijn voorganger in.

7 De Algemene Vergadering kan een bestuurslid schorsen of ontslaan. Voor een besluit daartoe is een meerderheid vereist van ten minste twee derden van de uitgebrachte geldige stemmen van de Algemene Vergadering. Een schorsing die niet binnen drie maanden wordt gevolgd door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.

8 Het bestuurslidmaatschap eindigt voorts:

a. door het eindigen van het lidmaatschap;

b. door bedanken.

9 Ingeval van ontstentenis of belet van een of meer bestuurders vormen de overblijvende bestuursleden of vormt het enige overblijvende bestuurslid niettemin een geldig bestuur, onverminderd het bepaalde in artikel 9 lid 1 en zijn de overblijvende bestuurders of is de enig overblijvende bestuurder tijdelijk met het bestuur belast. Ingeval van belet of ontstentenis van alle bestuurders is de persoon die het bestuur daartoe heeft aangewezen tijdelijk met het bestuur belast.

De algemene vergadering kan ingeval sprake is van ontstentenis of belet van alle bestuurders en er geen persoon door het bestuur is aangewezen die tijdelijk met het bestuur is belast, één of meer tijdelijke plaatsvervangers benoemen en ontslaan. Plaatsvervangende bestuursleden hebben voor de tijd dat zij tijdelijk besturen dezelfde rechten, plichten en bevoegdheden als het bestuur. Plaatsvervangende bestuursleden worden ingeschreven bij het handelsregister. Benoeming, schorsing en ontslag van plaatsvervangers geschiedt op dezelfde wijze als bij bestuursleden.

10 In geval alle bestuursleden voornemens zijn om zelf ontslag te nemen, maar ten minste één bestuurder bereid is tot het moment van benoeming van nieuwe bestuursleden aan te blijven als bestuurder, dan vormen deze laatst overgebleven bestuurders het demissionaire bestuur.

11 De in lid 10 bedoelde bestuurders dienen hun ontslag schriftelijk in bij de algemene vergadering met vermelding dat zij als demissionair bestuur zullen aanblijven. De overgebleven bestuurders zijn vanaf dat moment demissionair en blijven aan tot de algemene vergadering waarin nieuwe bestuurders worden gekozen.

12 Een demissionair bestuur heeft alle bevoegdheden die een gewoon bestuur ook heeft, met de beperking dat zij geen nieuw beleid meer vormt en besluiten die kunnen wachten, overlaat aan het nieuwe bestuur. Het demissionaire bestuur is verplicht ervoor te zorgen dat een nieuwe algemene ledenvergadering wordt uitgeroepen waarbij nieuwe bestuursleden worden benoemd en alle werkzaamheden verricht die daarbij horen. Het demissionaire bestuur is verplicht ervoor te zorgen dat lopende zaken in de vereniging voortgang vinden en dat zij hun taken en (digitale) stukken en administratie naar behoren overdragen aan de nieuw gekozen bestuurders.

 Art. 10

1 Het bestuur is belast met het besturen der vereniging. Het bestuur alsmede de voorzitter en de secretaris zijn gezamenlijk bevoegd de vereniging te vertegenwoordigen.

2 Het bestuur alsmede de voorzitter en de secretaris kunnen zich ter zake van hun vertegenwoordigingsbevoegdheid als in lid 1 bedoeld door een schriftelijk gevolmachtigde doen vertegenwoordigen, met dien verstande dat indien de penningmeester wordt gemachtigd te beschikken over bank- en girosaldi zulks slechts mogelijk is binnen in de volmacht nauwkeurig omschreven grenzen.

3 Het bestuur is niet bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt, tenzij het bestuur de goedkeuring van de algemene vergadering heeft verkregen.

4 De beperking als in het vorige lid bedoeld, geldt tevens voor de bevoegdheid tot vertegenwoordiging en kan slechts namens de vereniging worden ingeroepen.

5 Een bestuurslid neemt niet deel aan de beraadslaging en besluitvorming indien hij daarbij een tegenstrijdig belang heeft. Een bestuurder die een tegenstrijdig belang heeft, meldt dat onverwijld aan de overige leden van het bestuur.

6 Indien een bestuurder niet deelneemt aan de besluitvorming wegens een tegenstrijdig belang, nemen de overige bestuurders dat besluit onder schriftelijke vastlegging van de overwegingen die aan het besluit ten grondslag liggen. Kan geen besluit worden genomen omdat de enige bestuurder of alle bestuurders samen een tegenstrijdig belang hebben, dan neemt de algemene vergadering dat besluit.

7 Het Bestuur draagt zorg voor een meerjarenbeleidsplan en legt dit meerjarenbeleidsplan en de wijzigingen daarvan ter goedkeuring voor aan de Algemene Vergadering.

 Algemene Vergaderingen

 Art. 11

1 Jaarlijks wordt ten minste één algemene ledenvergadering (jaarvergadering) gehouden en wel binnen zes maanden na afloop van het verenigingsjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene ledenvergadering. In deze algemene ledenvergadering brengt het bestuur zijn jaarverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Het legt de balans en de staat van baten en lasten met een toelichting ter goedkeuring aan de vergadering over. Deze stukken hierna tezamen te noemen: 'jaarstukken'. De jaarstukken worden ondertekend door de bestuurders; ontbreekt de ondertekening van een of meer hunner, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt. Na verloop van de termijn kan ieder lid van de gezamenlijke bestuurders in rechte vorderen dat zij deze verplichtingen nakomen.

2 Wordt omtrent de getrouwheid van de stukken bedoeld in het vorige lid aan de algemene ledenvergadering niet een verklaring afkomstig van een accountant als bedoeld in artikel 2:393 lid 1 Burgerlijk Wetboek overlegd, dan benoemt de algemene ledenvergadering, jaarlijks, een commissie van ten minste twee leden die geen deel van het bestuur mogen uitmaken. De commissie onderzoekt de balans en de staat van baten en lasten en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit. Vergt dit onderzoek naar het oordeel van de commissie bijzondere boekhoudkundige kennis, dan kan zij zich op kosten van de vereniging door een deskundige doen bijstaan.

3 Het bestuur is verplicht de commissie ten behoeve van haar onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te tonen en de boeken, bescheiden en andere gegevens van de vereniging voor raadpleging beschikbaar te stellen.

4 De opdracht aan de commissie kan te allen tijde door de algemene vergadering worden herroepen, doch slechts door de benoeming van een andere commissie.

5 De algemene vergadering stelt de jaarstukken vast. Nadat het voorstel tot vaststelling van de jaarstukken aan de orde is geweest, zal aan de algemene vergadering het voorstel worden gedaan om kwijting te verlenen aan de bestuurders voor het door hen in het desbetreffende verenigingsjaar gevoerde beleid, voorzover van dat beleid uit de jaarstukken blijkt of dat beleid aan de algemene vergadering bekend is gemaakt.

 Art. 12

1 De algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur, met inachtneming van een termijn van acht dagen. De bijeenroeping geschiedt door een aan alle leden te zenden schriftelijke mededeling. Aan het vereiste van schriftelijkheid wordt voldaan indien de oproep elektronisch is vastgelegd. (Of: door een advertentie in ten minste één ter plaatse waar de vereniging is gezeteld veelgelezen dag- of weekblad. Of: door een mededeling op het in het verenigingsgebouw aanwezige mededelingenbord).

2 Behalve de in artikel 11 bedoelde jaarvergadering zullen algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur zulks wenselijk acht, alsmede zo dikwijls zulks schriftelijk met opgave van de te behandelen onderwerpen wordt verzocht door ten minste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van een tiende gedeelte van de stemmen in de algemene vergadering, indien daarin alle leden tegenwoordig of vertegenwoordigd zijn.

3 Na ontvangst van een verzoek als in lid 2 bedoeld is het bestuur verplicht tot bijeenroeping ener algemene vergadering op een termijn van niet langer dan vier weken. Indien aan het verzoek tot bijeenroeping binnen veertien dagen nadat dit door het bestuur werd ontvangen, geen gevolg wordt gegeven, zullen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping kunnen overgaan op de wijze waarop het bestuur de algemene vergaderingen bijeenroept.

 Art. 13

1 Alle niet geschorste leden — zie artikel 4 lid 1 — hebben toegang tot de algemene vergadering en hebben daar ieder één stem. Ieder lid is bevoegd zijn stem te doen uitbrengen door een schriftelijk daartoe gemachtigd ander lid. Een geschorst lid heeft alleen toegang tot de algemene vergadering waarin het besluit tot schorsing behandeld wordt en is slechts bevoegd daarover het woord te voeren.

2 Indien een lid van een de vereniging of een orgaan daarvan een tegenstrijdig belang heeft met de vereniging of met de met haar verbonden onderneming of organisatie, neemt hij niet deel aan de beraadslaging of besluitvorming en is hij verplicht om het bestuur en de algemene vergadering in te lichten over dit tegenstrijdig belang.

3 Een eenstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering. Een dergelijk besluit wordt door de secretaris aangetekend in het notulenboek, terwijl er melding van wordt gemaakt tijdens de eerstvolgende algemene vergadering.

4 Stemming over zaken geschiedt mondeling, over personen schriftelijk. Het aannemen van voorstellen bij acclamatie is mogelijk, mits dit geschiedt op voorstel van de voorzitter.

5 Over alle voorstellen betreffende zaken wordt beslist bij volstrekte meerderheid der uitgebrachte stemmen, voor zover de statuten niet anders bepalen. Bij staking van stemmen wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. Bij stemming over personen is hij gekozen, die de volstrekte meerderheid der uitgebrachte stemmen op zich heeft verenigd. Indien niemand die meerderheid heeft verkregen wordt een tweede stemming gehouden tussen de personen, die het grootste aantal der uitgebrachte stemmen hebben verkregen en is hij gekozen, die bij die tweede stemming de meerderheid der uitgebrachte stemmen op zich heeft verenigd. Indien bij die tweede stemming de stemmen staken beslist het lot. Onder stemmen worden in dit artikel verstaan geldig uitgebrachte stemmen, zodat niet in aanmerking komen blanco en met de naam van het stemmend lid ondertekende stemmen.

6 Een ter vergadering door de voorzitter uitgesproken oordeel omtrent de uitslag der stemming, is beslissend. Indien echter onmiddellijk na het uitspreken van dit oordeel de juistheid daarvan wordt betwist, vindt een nieuwe stemming plaats wanneer de meerderheid der vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.

7 Het stemrecht kan worden uitgeoefend door middel van een elektronisch communicatiemiddel waarbij de stemgerechtigde via het elektronisch communicatiemiddel kan worden geïdentificeerd, rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering, kan deelnemen aan beraadslaging en het stemrecht kan uitoefenen. Stemmen die voorafgaand aan de algemene vergadering via een elektronisch communicatiemiddel door een stemgerechtigde worden uitgebracht, doch niet eerder dan op de dertigste dag voor die van de vergadering, worden gelijk gesteld met stemmen die ten tijde van de vergadering worden uitgebracht. In een reglement kunnen voorwaarden worden gesteld aan het gebruik van het elektronisch communicatiemiddel. Deze voorwaarden worden telkens bij de oproeping bekend gemaakt.

 Art. 14

1 De voorzitter van het bestuur leidt de vergaderingen. Bij zijn afwezigheid of ontstentenis zal een van de andere bestuursleden als voorzitter van de vergadering optreden.

2 Van het tijdens de algemene vergadering verhandelde worden door de secretaris of door een door de voorzitter aangewezen lid der vereniging notulen gehouden.

 Statutenwijziging

 Art. 15

1 Wijziging van de statuten vindt plaats hebben na een besluit van de algemene vergadering, waartoe werd opgeroepen met de mededeling dat daarin wijziging van de statuten zal worden voorgesteld.

2 Zij, die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf dagen vóór de dag der vergadering een afschrift van dat voorstel op elektronische wijze beschikbaar stellen.

3 Tot wijziging van de statuten kan slechts worden besloten door een algemene vergadering waarin ten minste twee derden van het totaal aantal leden der vereniging aanwezig of vertegenwoordigd is, met een meerderheid van ten minste twee derden van het aantal uitgebrachte stemmen. Is niet twee derde van de leden aanwezig of vertegenwoordigd, dan wordt binnen vier weken een tweede vergadering bijeengeroepen en gehouden waarin over het voorstel zoals dat in de vorige vergadering aan de orde is geweest, ongeacht het aantal aanwezige of vertegenwoordigde leden, kan worden besloten, mits met een meerderheid van ten minste twee derden van de geldig uitgebrachte stemmen.

 Art. 16

Het in artikel 15 bepaalde is niet van toepassing indien ter algemene vergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn en het besluit tot statutenwijziging met algemene stemmen wordt genomen.

 Huishoudelijk reglement en overige reglementen

 Art. 17

1 De algemene vergadering stelt een huishoudelijk reglement vast of wijzigt deze, waarin onderwerpen worden geregeld waarin door deze statuten niet of niet volledig wordt voorzien of waarnaar in deze statuten wordt verwezen.

2  De algemene vergadering kan andere reglementen, waaronder te begrijpen een gedragscode of klachtenregeling, vaststellen of wijzigen, waarin onderwerpen worden geregeld waarin door deze statuten niet of niet volledig wordt voorzien.

3 Het huishoudelijk reglement en overige reglementen mogen niet in strijd zijn met de wet, ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met de statuten.

4 Het bepaalde in de artikelen 15 en 16 is van overeenkomstige toepassing.


Huishoudelijk reglement

De Algemene ledenvergadering van de Beroepsvereniging Onafhankelijke Onderzoekers (hierna: BOO)

Overwegende dat:

  • De BOO een beroepsvereniging van onafhankelijke onderzoekers (hierna: onafhankelijke onderzoekers) is;
  • De BOO ter uitvoering van haar statutaire doelstellingen onder meer streeft naar borging van kwalitatief hoogwaardig en integer onafhankelijk onderzoek volgens de de Nederlandse gedragscode wetenschappelijke integriteit zoals opgesteld door de Koninklijke Academie voor Wetenschappen c.s.  en de Europese gedragscode voor wetenschappelijke integriteit van de European Federation of Academies of Sciences and Humanities (ALLEA);
  • Artikel 5, eerste lid van de statuten van de BOO luidt dat als gewoon lid of aspirantlid men kan worden toegelaten nadat men schriftelijk een verzoek bij het bestuur heeft ingediend en men heeft verklaard het statutaire doel en de waarden voor onafhankelijk onderzoek te onderschrijven;
  • Het bestuur beslist over de toelating aan de hand van het bepaalde in het huishoudelijk reglement;
  • Onafhankelijke onderzoekers aan door de vereniging zo hoog mogelijke kwaliteits- en onafhankelijkheidseisen dienen te voldoen om hun beroep conform de statuten en dit reglement te kunnen uitoefenen;
  • In het huishoudelijk reglement of enig ander reglement als bedoeld in artikel 17 van de ststuten eisen worden gesteld aan lidmaatschap van de vereniging met het oog op de statutaire doelstelling;
  • In het huishoudelijk reglement voorts nadere rechten en plichten van de leden van de BOO worden opgenomen alsmede nadere regelingen omtrent verenigingszaken van de BOO.

Besluit vast te stellen het volgende huishoudelijk reglement:

Algemeen

Artikel 1 Relatie met statuten

  1. De BOO is opgericht op 6 april 2022 en is gevestigd te Voorschoten.
  2. Het huishoudelijk reglement is van toepassing in onverbrekelijke samenhang met de statuten van de BOO zoals deze thans luiden of worden gewijzigd of vervangen.
  3. Definities, begrippen en omschrijvingen zoals die voorkomen in de statuten zijn van toepassing op dit reglement.
  4. In dit reglement worden bepalingen van de statuten niet herhaald.

Lidmaatschap

Artikel 2 Onafhankelijk onderzoek

  1. Als toelatingseis voor het regulier lidmaatschap of aspirant-lidmaatschap van de BOO geldt in ieder geval het geheel of gedeeltelijk werkzaam zijn als onafhankelijk onderzoeker op kwalitatief hoogwaardig niveau.
  2. Onder onafhankelijk als bedoeld in het eerste lid verstaat dit reglement:
    1. op eigen gezag en inzicht doen van onderzoek;
    2. boven partijen staan gedurende het onderzoek;
    3. onderzoek in opdracht anders dan op resultaatgerichte beloning;
    4. geen verbinding hebben met een opdrachtgever of enige andere betrokken partij anders dan het doen van onderzoek; en
    5. geen beïnvloeding van het onderzoek en het resultaat door de opdrachtgever of enige andere betrokken partij.[1]
  3.  
  4. Onder onderzoek als bedoeld in het eerste lid verstaat dit reglement:
  5.  
    1. persoonsgericht onderzoek in de vorm van recherchewerkzaamheden als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus, verricht door een recherchebureau als bedoeld in onderdeel f [2], mits dit onderzoek een analytisch karakter heeft;[3]
    2.  niet persoonsgericht onderzoek, waaronder cultuuronderzoek, beleidsonderzoek, kwaliteitsonderzoek, rekenkameronderzoek; of
    3.  analyse in juridische of andere zin het resultaat van onderzoek als bedoeld onder a en d.

 Artikel 3 Kwaliteitseisen leden

 Als toelatingseis voor het lidmaatschap van de BOO geldt in ieder geval het vereiste vakbekwaamheid als onderzoeker.

  1. De vakbekwaamheid wordt gesteld op  universitair masterniveau als bedoeld in artikel 1.1, onderdeel c van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek;
  2. De vakbekwaamheid dient te zijn gericht op onderzoek als bedoeld in artikel twee. Daartoe dient de kandidaat diploma’s over te leggen. Diploma’s in de volgende vakrichtingen zijn in elk geval toereikend:
    1. Gedragswetenschappen (o.m. psychologie, criminologie);
    2. Sociale wetenschappen (o.m. sociologie, organisatiewetenschap);
    3. Accountancy;
    4. Geesteswetenschappen (o.m. filosofie, geschiedenis);
    5. Louter ten behoeve van onderzoek als bedoeld in artikel 2, derde lid, onderdeel c: rechtswetenschap.
  3. In afwijking van het tweede lid kan door het bestuur een lid of aspirant-lid toelaten indien deze aantoonbaar door ervaring in combinatie met scholing het niveau als bedoeld in het tweede lid heeft verkregen. Indien de kandidaat deze bewijzen niet heeft, kan de vakbekwaamheid worden aangetoond door middel van bijzondere ervaring, waaronder werkzaamheden als rechercheur of docent op hbo-niveau.
  4. De toelating geldt uitsluitend voor het vakgebied waarin de aanvrager is opgeleid.

Artikel 4 Soorten lidmaatschap

  1. Voor een volwaardig lidmaatschap dient de kandidaat minimaal vijf jaar werkzaam te zijn als onderzoeker.
  2. Voor aspirant-lidmaatschap dient de kandidaat werkzaam te zijn als onderzoeker. In afwijking van het bepaalde in artikel 3 kan voor aspirant-lidmaatschap in aanmerking komen de onderzoeker die in het laatste jaar van een opleiding als bedoeld in artikel 3, tweede lid, zijn.

 Artikel 5 Procedure aanvraag lidmaatschap 

  1.  Het lidmaatschap wordt worden aangevraagd via schriftelijke aanmelding via de website.
  2. In deze schriftelijke aanmelding dient de kandidaat actief de statutaire doelstelling volledig te onderschrijven en te verklaren deze doelstelling en overige statutaire regels na te zullen leven.
  3. De zelfstandig werkende kandidaat dient een bewijs van toereikende beroepsaansprakelijkheidsverzekering over te leggen.
  4. Over toelating als lid beslist het bestuur binnen een termijn van twee maanden na ontvangst van alle door het bestuur gevraagde bescheiden.
  5. Indien degene die het lidmaatschap aanvraagt voor het moment van aanvang van het lidmaatschap handelingen heeft verricht die in strijd zijn met de waarden en/of met de belangen van de BOO die zouden hebben kunnen leiden tot schorsing en/of ontzetting van het lidmaatschap, dan beslist het bestuur afwijzend op de aanvraag.
  6. Ingeval het bestuur afwijzend beslist op de aanvraag van het lidmaatschap, kan de aanvrager bij de algemene ledenvergadering alsnog om toelating te vragen als bedoeld in artikel 5 van de statuten. De algemene ledenvergadering hanteert dezelfde voorwaarden als die waarin dit reglement voorziet.

 Communicatie

 Artikel 6 De website   

  1.    Communicatie van en binnen de vereniging geschiedt bij voorkeur elektronisch.
  2. De BOO heeft ter bevordering van haar statutaire doel een website: www.onafhankelijkeonderzoekers.nl.
  3. De statuten, het huishoudelijk reglement en andere reglementen worden op de website gepubliceerd. Het lid zal op zijn eerste verzoek daartoe digitale exemplaren daarvan ontvangen.
  4. Het secretariaat van de BOO houdt een register bij waarin de namen, adresgegevens en overige ten behoeve van het goed functioneren van de vereniging noodzakelijke gegevens van de leden worden bijgehouden. De beginselen en regels van de Algemene verordening gegevensbescherming worden in acht genomen.
  5. Ieder lid is verplicht om zo spoedig mogelijk relevante wijzigingen aan het secretariaat in kennis te stellen.

Artikel 7 Vermelding lidmaatschap

  1. Een toegelaten lid of aspirant-lid kan dit lidmaatschap vermelden in zijn communicatie, waaronder op sociale media.
  2. Een toegelaten lid kan gebruik maken van het logo van de BOO. Een aspirant-lid kan gebruik maken van een aangepast logo van de BOO waarop staat: ‘aspirant-lid’.

Verenigingszaken

Artikel 8 Het bestuur

  1. Het bestuur vergadert volgens een jaarrooster en voorts zo dikwijls de voorzitter en/of secretaris dit nodig oordelen, op de door hen te bepalen tijd en plaats.
  2. Voor de vergaderingen van het bestuur worden de leden van het bestuur in principe vijf dagen van tevoren van de conceptagenda (en bijbehorende stukken) voorzien. De agenda wordt aan het begin van de vergadering vastgesteld.
  3. Zijn alle leden van het bestuur aanwezig, dan kan ook beslist worden over zaken die niet op de agenda staan vermeld.
  4. Besluiten worden in de bestuursvergadering genomen met gewone meerderheid van stemmen. Bij staken van de stemmen beslist de voorzitter.
  5. De voorzitter voert voor zover dit niet speciaal behoort tot de taak van een of meer van zijn medebestuursleden, of voor zover dit niet door de algemene ledenvergadering aan anderen is opgedragen, zoveel mogelijk samen met een ander bestuurslid, namens de BOO besprekingen met derden. Hij is gemachtigd het voeren van dergelijke besprekingen over te dragen aan een van de bestuursleden.
  6. Uitgaande stukken door of namens de BOO worden ondertekend door de voorzitter en secretaris, dan wel door een van de andere bestuursleden die daartoe gemachtigd is door de voorzitter en/of secretaris. Voor financiële zaken ondertekenen de voorzitter en de penningmeester namens de BOO. Voor de stukken van gewichtige aard, zoals overeenkomsten met derden, is de handtekening van zowel de voorzitter als secretaris steeds vereist, tenzij het bestuur anders beslist.

Artikel 9 Commissies en werkgroepen

  1. Met inachtneming van hetgeen in de statuten en het huishoudelijk reglement daaromtrent is bepaald, is het bestuur bevoegd om uit de leden commissies en werkgroepen te vormen ter nadere bestudering van zaken of verrichten van activiteiten die de BOO betreffen. De algemene ledenvergadering kan besluiten niet door het bestuur aangewezen leden toe te laten tot de commissies en werkgroepen.

Slotbepaling

Artikel 10

  1. Een besluit tot wijziging van dit huishoudelijk reglement treedt in werking op de dag volgende op die waarop de algemene vergadering dat besluit neemt, tenzij de algemene ledenvergadering een later tijdstip vaststelt.

Vastgesteld door de algemene ledenvergadering op 19 maart 2024.

  [1] Deze voorwaarden zijn cumulatief.   [2] e.recherchewerkzaamheden: het vergaren en analyseren van gegevens; f.recherchebureau: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die in de uitoefening van een beroep of bedrijf met winstoogmerk recherchewerkzaamheden verricht, voor zover die werkzaamheden worden verricht op verzoek van een derde, in verband met een eigen belang van deze derde en betrekking hebben op een of meer bepaalde natuurlijke personen. Particuliere recherchebureau's zijn natuurlijke personen of rechtspersonen die onderzoek verrichten dat kan bijdragen aan het voorkomen of achterhalen van onrechtmatig of crimineel gedrag, bijvoorbeeld verzekeringsfraude, dan wel zich anderszins op verzoek van particulieren tegen betaling inspannen, omtrent personen informatie te vergaren. Mvt: Beoogd is slechts die recherchebureaus onder de werking van de wet te brengen, waarvan dat met het oog op de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van burgers gewenst is. Het gaat om onderzoek naar een of meer bepaalde personen, waarmee een particulier belang van een derde gediend wordt (Kamerstukken II 1993/94, 23478, nr. 3).   [3] Hieronder wordt in elk geval niet verstaan het zuiver feitelijk vergaren door middel van observatie, plaatsen van camera’s, traceren van vermiste goederen, onderzoek louter in de privesfeer,  en ander uitvoerende recherchewerkzaamheden   [4] Deze voorwaarden zijn alternatief.  

Overig

Er zijn geen overige reglementen

Deel deze pagina!